Verwerking van de bijenwas (van het weghalen van oude raten tot de productie van nieuwe waswafels)
Door het vervaardigen van waswafels uit de was van jouw oude raten, blaas je die oude was nieuw leven in en kunnen de bijen het volgende seizoen hun energie dankbaar aan andere taken besteden.
Het produceren van was vergt namelijk veel energie van de bijen (8kg honing voor 1kg was). Het bouwen van was door de bijen, het recycleren van was en het teruggeven onder de vorm van waswafels door jou kan daarom gezien worden als een gesloten waskringloop. We kunnen het recyclageproces in 4 stappen opdelen:
stap 1, het verzamelen van de was;
stap 2, het winnen van de was en een eerste zuivering;
stap 3, het zuiveren van de was;
stap 4, de was terug in de kast hangen.
Laten we de term ‘gesloten’ echter nuanceren, omdat de bijen verse was aanmaken en zo de kringloop binnenbrengen en omdat je te sterk chemisch vervuilde wasramen (met hoge concentraties aan pesticiden) uit het circuit verwijdert. Chemisch vervuilde was kan eventueel nog voor in huishoudproducten of artisanale kunsten gebruikt worden.
Lees in “Vervanging van wasraten (hoeveel en wanneer)” welke wasraten en wanneer je deze precies verzamelt. Als je de wasraten een tijd bewaart alvorens deze om te smelten, moet je deze beschermen tegen infectie van de wasmot (cfr. “Controle van de wasmot en wasmotvrije opslag van was“) en beschimmeling. Wanneer je de zegelwas verwijdert van jouw honingraten, blijft hier nog wat honing aan hangen, die kan gaan schimmelen als die met vocht in contact komt. Dit kan je vermijden door deze was door de bijen te laten schoonlikken bovenop de dekplank (met open gat), of door de zegelwas met lauw water te mengen, waardoor de honing zich mengt met het water en de zegelwas bovendrijft. De zegelwas dien je te drogen en kan dan bewaard worden. Het water met honing kan gebruikt worden als voederbasis (of om jezelf mee te verfrissen). De zegelwas en andere maagdelijke was is was van de beste kwaliteit en is dus uitermate geschikt voor cosmetica. Een ander speciaal soort was is de was van darrenraat. Dit bevat minder propolis dan zegelwas, wat het geschikter maakt voor het maken van koninginnencellen voor de koninginnenteelt.
Laat de was vooraf in kalkarm water weken. Dit laat de poppenhuidjes beter loskomen van de was en laat een hoger rendement toe. Gebruik kalkarm water (regenwater of gedestilleerd water), om te vermijden dat kalk en cerotinezuren uit de was een verbinding aangaan en zo de waskwaliteit verlagen. Het smeltpunt van zuivere was ligt rond 65°C. Oud raat smelt bij een iets hogere temperatuur, door de aanwezigheid van de onzuiverheden. Vanaf een temperatuur van 120°C verliest was zijn specifieke eigenschappen. Normaal gezien is een temperatuur onder het kookpunt van water (100°C) voldoende om ziektekiemen af te doden. Alleen voor sporen van Amerikaans Vuilbroed is toch een temperatuur van 110°C nodig voor 2 à 3 uur. Tenzij jij of imkers in je buurt met Amerikaans Vuilbroed te maken hebben gehad, hoeft het het kookpunt van water dus niet bereikt te worden tijdens het smeltproces. In combinatie met de drijvende waslaag zorgt kokend water voor zeer gevaarlijke situaties. Om bijenwas te smelten zijn verschillende waswinningsapparaten bruikbaar. Elke smeltmethode heeft zijn voor- en nadelen. De onreinheden die achterblijven bij het proces kunnen als aanmaakblokjes voor vuur gebruikt of gecomposteerd worden.
Zonnewassmelter
Dit is het enige apparaat waar je zelf geen hittebron en geen water voor nodig hebt. De zon is de hittebron. Dit apparaat bestaat uit een schuin opgestelde, rechthoekige bak die bovenaan afgesloten is met een dubbele beglazing (te verkrijgen in de handel of zelf te maken). Zoals in een serre loopt de temperatuur in de bak sterk op. Het is cruciaal dat het glasoppervlak helder en goed doorzichtig is en dat de zonnestralen zo loodrecht mogelijk op het glasoppervlak invallen. Dit wordt gerealiseerd door het glasoppervlak van de zonnewassmelter op een helling van 45° tegenover het waterpasvlak te plaatsen. Voor een optimale werking dient de zonnewassmelter mee te draaien met de zon, oftewel automatisch, oftewel door ze zelf doorheen de dag naar de zon te draaien. De gesmolten was loopt door een metaalgaas, die de grootste onreinheden tegenhoudt, en eindigt rechtstreeks in een verzamelbakje.
Voordeel: Met weinig arbeid kan je was winnen. Je kan bij het vervangen van oude wasraten, deze onmiddellijk in de zonnewassmelter leggen. Op deze manier dien je de wasraten niet op te sparen en af te schermen tegen mogelijke wasmot-infectie.
Nadeel: Op zonloze dagen wordt geen was gesmolten.
Kookketel
In een roestvrije ketel breng je een bodem van ongeveer 15 centimeter kalkvrij water aan (om oververhitting van de was te voorkomen) waaraan je de oude raten toevoegt. Let er op om nooit was direct op een vuur te verwarmen. Warm dit alles op tot de was volledig gesmolten is. De grootste onzuiverheden zeef je er hier al uit met een keukenzeef. Een temperatuur van 80-90°C gedurende een uur is ideaal om zo veel mogelijk was naar de oppervlakte te doen stijgen. Giet de was op het einde nog door een fijne doek of zeef in een bewaringsrecipiënt. Als alternatief kun je de oude raten ook in een toegebonden zak uit katoen, linnen of jute (eventueel een nylonkous) in de kookketel met water deponeren. Zorg er dan wel voor dat de was geen direct contact maakt met de verhitte bodem van de kookpot door bv. een baksteen op de bodem te leggen. Hou de was onder water door een gewicht op de zak te leggen. Als het water heet is, stijgt de gesmolten was door de mazen van de zak naar de oppervlakte. Er blijft vaak nog veel was in de zak. Door met een metalen rooster de zak met was onder water te drukken kun je tevens de laatste was uit de zak persen. Na het stollen zullen overblijvende onreinheden zich aan de onderkant van het wasbrood bevinden, die je ervan kunt afsnijden.
Voordeel: goedkoop
Nadeel: tijdsintensief en kan uitmonden in knoeiwerk
Stoomwassmelter
Een stoomwassmelter is in de handel verkrijgbaar of kan vrij eenvoudig zelf gebouwd worden door een waterketel te verbinden met een goed afsluitbare roestvrije pot of afgeschreven snelkookpan door middel van een stevige rubberen darm. In het deksel dient een kleine opening aanwezig te zijn waarlangs de overdruk aan stoom kan ontsnappen. Vul de waterketel en verwarm het. Het gebruikte water dient hier geen kalkarm water te zijn, aangezien kalk niet in de stoom komt. Breng de wasraat bovenaan in een zeef aan of in een linnen zak die je aan het deksel vastmaakt. Het is hierbij aangeraden de wasraat te verbrokkelen in kleine stukjes en niet samen te drukken tot een compacte koek, opdat de stoom met een zo groot mogelijk wasoppervlak in contact kan komen. Alles wat niet door waterdamp vloeibaar wordt, blijft op de zeef of in de linnen doek achter en de was wordt onderaan verzameld.
Voordeel: Doordat je gemakkelijk tientallen raten ineens kunt smelten, verzekert deze methode sneller een grotere hoeveelheid was. De stoom werkt in op de was, waardoor zowat alle mogelijks aanwezige ziekteverwekkers worden vernietigd, wat een grondiger ontsmet eindresultaat oplevert vergeleken met het smelten in warm water.
Nadeel: iets duurder of vereist knutselwerk
Stoomwaspers
De stoomwaspers is een cilindervormig, dubbelwandig, roestvrij metalen toestel (oud exemplaar op foto). Bovenaan sluit een afdekplaat met rubberen dichting het toestel hermetisch af. In het midden is een opening voorzien voor een spil die een drukplaat aandrijft om de was te persen in het binnenste van de 2 holle cilinders. Deze cilinder is een metalen korf die niet tot de bodem doorloopt maar ongeveer halfweg op een metalen ring steunt. De zijwanden van de korf zijn geperforeerd. Langs deze kleine openingen dringt de stoom tot de was door. Vlak onder de perskorf begint het opvangbekken voor de gewonnen was. Dit bekken eindigt onderaan in een afvoerkraan, waaruit was vloeit die nog wat bezinksel bevat. Enkele centimeters daarboven staat een tweede kraan: hier tapt men de zuivere was af. Het waterreservoir bevindt zich helemaal onderaan en kan gevuld worden via een afsluitbare opening. De grootste onzuiverheden blijven achter in de perskorf. De verwarming gebeurt op dezelfde wijze als bij de stoomwassmelter.
Voordeel: Je zou dit apparaat de geperfectioneerde stoomwassmelter kunnen noemen. Het verzekert een hoger percentage aan gewonnen was en biedt de mogelijkheid om de was kiemvrij te maken.
Nadeel: duurste van de vier opties
Nu dien je een extra zuiveringsstap uit te voeren om zuivere was te verkrijgen. Dit kan fysisch door de onzuiverheden te laten bezinken en chemisch door specifieke producten op de was te laten inwerken die de was ook extra zullen ontkleuren.
Fysische zuivering
Smelt de was in een kookketel die voor een kwart gevuld is met kalkvrij water. Je kan de gesmolten was eventueel nog over een fijne doek (muggengaas, glasgordijn…) gieten om achtergebleven grovere onreinheden te verwijderen. De stollingstijd van de was is bij deze methode cruciaal voor het zuiveringsproces. Hoe langzamer de was kan afkoelen, hoe meer fijne onreinheden naar de bodem kunnen zakken en hoe zuiverder de was uiteindelijk zal zijn. Door het vat met dekens of kussens te isoleren en op een isomoplaat te plaatsen, kan het zelfs een dag duren vooraleer de was volledig gestold is (zie middelste foto). Alle onzuiverheden zwaarder dan water zijn naar de bodem gezakt en andere onzuiverheden hebben zich onderaan de waslaag verzameld. Deze laatste kun je gemakkelijk met een mes wegsnijden, waarna je een blok zuivere bijenwas verkrijgt (foto C).
Chemische zuivering
Deze methode is vooral aangewezen bij het zuiveren van donkerbruine, sterk vervuilde was (zie bovenste blok op foto). Zo kun je 3g oxaalzuur opgelost in 100mL zacht water toevoegen per 5kg was. Eens de was gesmolten is, voeg je al roerend het oxaalzuurmengsel toe. Als alternatief voor oxaalzuur kun je ook waterstofperoxide gebruiken in een verhouding van 30 mL waterstofperoxide (of 100mL 30%-oplossing perhydrol) per kg was. Onzuiverheden komen in het water-zuurmengsel en kunnen na het stollen van de was onderaan weggesneden worden. Na het chemisch zuiveren wordt de was nogmaals hersmolten in een overmaat kalkvrij water om eventuele residuen van chemische stoffen te verwijderen (bleek en proper wasbrood onderaan op foto). Tijdens deze laatste stap kun je ook een fysische zuivering doen. Oxaalzuur is een sterk bijtend zuur, dus let op de veiligheidsvoorschriften. Gebruik een veiligheidsbril, zuurbestendige handschoenen, en een beschermende schort tijdens het werken met oxaalzuur. Zorg ook voor voldoende ventilatie indien je in een gesloten ruimte werkt.
Nu kun je de gezuiverde was terug aan de bijen aanbieden onder de vorm van waswafels, waarmee je de waskringloop sluit. Deze ongeveer 1 mm dikke wasplaten bedrukt met een werkster- of darrenraatpatroon geven de bijen een geprefabriceerd bouwplan. Het maken van deze waswafels is een perfect werkje voor tijdens de kalmere wintermaanden. Voordelen van het tijdens deze periode te doen zijn dat er geen bijen op de was afkomen en de waswafels sneller koelen. Waswafels kunnen gewalst of gegoten worden. Het gieten in een waswafeltoestel levert iets dikkere waswafels op waardoor ze stabieler zijn en een dikkere celbodem hebben. Het nadeel is dan weer hun breekbaarheid bij lage temperaturen. De gewalste waswafels zijn iets dunner waardoor de bouwbijen meer was moeten zweten om de ratenbouw te kunnen voltooien. Deze raat is dan weer soepeler en breekt niet zo snel. Dit brengt echter ook met zich mee dat gewalste raat, eenmaal gemonteerd in raampjes sneller gaat golven als gevolg van temperatuurschommelingen. Aangezien waswafeltoestellen en vooral -walsen duur zijn, investeren verenigingen vaak in het gezamenlijk aankopen van deze toestellen. Een goedkoper alternatief voor een waswals is een siliconenmal.
Bij de aankoop van een waswafeltoestel kan je voor verschillende celgroottes en wafelmaten (simplex, Dadant-blatt…) kiezen. Weet dat het geen noodzaak is dat de waswafels het hele raam opvullen. Je kunt zelfs met opgesneden stroken waswafel werken, want de bijen vullen eventuele gaten zelf wel op en hebben genoeg aan de strookjes als leidraad. De bijen zullen in dit geval zelf meer was moeten zweten en zullen dus minder honing overhouden. In het voorjaar helpt dit echter wel om de zwermneiging uit te stellen of te onderdrukken. De bijen zelf meer was laten uitzweten is verder een goed idee als jouw bijen in contact komen met pesticiden of andere chemicaliën. Zo kan je de mogelijks gecontamineerde was uit de kringloop halen en nog gebruiken (of verkopen) voor in huishoudproducten of artisanaat (niet voor kaarsen of schoonheidsproducten om jezelf of anderen geen schade te berokkenen met de chemicaliën!)
Waswafels gieten
Het waswafeltoestel bestaat uit roestvrij metaal en is vaak voorzien van waterkoeling opdat de waswafels gemakkelijker loskomen. Kunststoffen (siliconen) matrijzen bevatten een afdruk van de werkstercellentekening waarvan elke indruk op de ene zijde precies overeenstemt met de uitsprong op de andere plaat. Verwarm de was in een recipiënt in een ketel met water (au bain marie, geen water direct bij de was) tot 75-80°C . Breng de vloeibare was op de bovenste helft van de onderste matrijs aan. Door lichtjes aan te drukken loopt de overtollige was vooraan over de rand. Deze overtollige was stolt snel en kun je daarna met een mes wegsnijden. Na de pers even te laten rusten, hef je de bovenste plaat op en haal je de waswafel zachtjes uit de pers. Snijd indien nodig de waswafel onmiddellijk na het vervaardigen op de correcte maat. Bewaar de waswafels in papier gewikkeld op een droge plaats bij kamertemperatuur.
Waswafels walsen
Bij het waswafels walsen worden eerst gladde waswafels gemaakt zonder afdruk van het werkstercellenpatroon. Dit kan door de bijenwas te smelten in een recipiënt in een ketel met water (au bain marie, geen water direct bij de was) en een natgemaakte houten plank van de gewenste grootte kort in de vloeibare was te dippen. Door de plank erna kort in koud kalkvrij water te dippen stolt deze fijne waslaag heel snel. Snijd met een mes de overtollige randen was langs de zijkant van de plank af en neem de waslaag van de plank af. Om het werkstercellenpatroon op deze gladde waslaag te drukken, kan je deze tussen siliconenmallen bedrukken of kan je deze door een raatwals draaien. Dit toestel bestaat uit twee metalen cilinders die voorzien zijn van een afdruk van werkstercellenraat. Door middel van een zwengel of elektrisch laat je de cilinders draaien waartussen de waswafels bedrukt worden.
Waswafels in ramen bevestigen
Eens de waswafels vervaardigd zijn, dien je ze in de ramen in te smelten. Span in de ramen inoxdraad op door middel van spijkertjes om de waswafels stevigheid in de ramen te geven. De oogjes waar je de draad door trekt zijn van geelkoper zodat de ramen probleemloos behandeld kunnen worden met mierenzuur en oxaalzuur (foto A). De waswafel kan je in het raam insmelten door middel van een transformator die wisselstroom van 8-12 V (2-5 A) op de draad brengt door de 2 polen op de spijkertjes te houden (foto C). De draad warmt op en de was smelt op deze plaatsen vast in het raam. Zorg ervoor dat de draad volledig in de was ingesmolten zit en dat ze niet meer zichtbaar is. De bijen houden er niet van om op deze draad te bouwen.
Waswafels in de kast hangen
Je kunt de nieuwe waswafels aanbieden wanneer je honingzolders plaatst, bij het uitbreiden van het broednest of bij vervanging van donkere ramen uit de broedbak. Voeg nieuwe ramen in de broedbak toe in het midden van het broednest als het broednest in een groeifase zit. Als je veel ramen in een keer toevoegt of de kolonie is niet genoeg aan het groeien, voeg je best (ook) ramen toe tussen het broednest en de voederramen. Zo komen de oudere, donkere ramen geleidelijk aan aan de zijkant te zitten (cfr. Vervanging van wasraten (hoeveel en wanneer)).
Referentie
Honeybee Valley | De gesloten waskringloop
Honeybee Valley | Veilig varroa bestrijden en materiaal desinfecteren…
Imkersbond Deinze vzw – De gesloten waskringloop – Deel 1 (youtube.com)
Imkersbond Deinze vzw – De gesloten waskringloop – Deel 2 (youtube.com)
Imkersbond Deinze vzw – De gesloten waskringloop – Deel 3 (youtube.com)
TUTO – Cérificateur solaire (youtube.com)
How to Build a Solar Bee Wax Melter (youtube.com)How to Build a Solar Bee Wax Melter (youtube.com)
Belgische was blijkt zelden nog vrij te zijn van pesticiden. Indien je vroeger amitraz, coumafos, flumethrine of tau-fluvalinaat gebruikte (of ondanks het verbod nog gebruikt) teggen Varroa, blijven deze vetoplosbare schadelijke stoffen nog in jouw was zitten bij het recycleren. Zelfs was die je vroeger uit de handel kocht, kan deze schadelijke stoffen (en vervalste was) bevatten. Deze was haal je dus beter weg uit jouw kringloop. Oxaalzuur, thymol en mierenzuur vormen geen probleem, want deze middelen zijn biologisch afbreekbaar.
Naast de acariciden die de imker zelf gebruikt, zorgen de pesticiden die op de landbouwgewassen rondom de bijenkast worden gesproeid ook voor wasvervuiling. De bijen slaan het gecontamineerde stuifmeel en nectar op in de kast, wat een aanwezigheid van deze pesticiden in de was met zich meebrengt. De concentratie van deze pesticiden blijkt een aantal keer hoger te zijn in het broednest dan in de honingzolder, waardoor het aangewezen is bijenwas uit het broednest niet in de waskringloop te brengen, als je bijen zich bijvoorbeeld dichtbij intensieve, conventionele landbouw bevinden. Deze was kun je nog gebruiken (of verkopen) voor in schoonmaakproducten of artisanaat, maar niet voor kaarsen of schoonheidsproducten om jezelf of anderen geen schade te berokkenen. Ook al blijft de concentratie van deze landbouwpesticiden zowel in het broednest als in de honingzolder toch nog onder de drempelwaarde die toxisch is voor de bijen, kunnen synergistische effecten van verschillende pesticiden op de gezondheid van de bijen niet uitgesloten worden. Meer nog, een enkel pesticide kan mogelijks toch toxiciteit veroorzaken op lange termijn doordat honingbijen hun ganse leven in nauw contact leven met de was. Wasmonsters afkomstig van een zwerm en van kolonies die geen of zeer weinig bijenwas hadden bij de opstart ervan, vertonen geen of zeer weinig pesticidenresidu’s. Een gesloten waskringloop en de hiermee gepaarde bewustwording van mogelijks vervuilende stoffen in dit kostbare natuurproduct zijn één van de vele stappen naar gezondere en meer vitale bijenvolken.