Het verstrekken van kunstmatig voeder tijdens het inwinteren

Jouw bijen hebben genoeg wintervoorraad nodig om de winter door te komen. Ideaal gezien is dit honing, maar het kan noodzakelijk zijn om kunstmatig voeder toe te dienen om er zeker van te zijn dat de kolonies niets te kort komen tijdens de koude wintermaanden.
Hoeveel voorraad een bijenkolonie nodig heeft om de winter door te komen, hoe je ervoor kunt zorgen dat zij deze voorraad in de vorm van honing hebben en andere details lees je in “Toediening en nazicht van wintervoer – B-THENET“.
Als je suikersiroop voedert, kun je kiezen tussen siroop op basis van sucrose (tafelsuiker, gemakkelijk zelf te maken), siroop op basis van invertsuiker (vooral fructose en glucose uit het splitsen van sucrose, in de imkerhandel te verkrijgen) en glucose-fructosestroop (gemaakt uit tarwezetmeel). Of een van deze types echt beter is om in te winteren dan de andere is niet eenduidig bewezen, maar waarschijnlijk is honing wel nog beter dan suikersiroop (Abdella et al., 2024; Pridal et al., 2023; Papežíková, 2020; Mogren et al., 2018; Brodschneider & Crailsheim, 2010). Je geeft best herhaaldelijk (om de paar dagen) kleinere porties (bv. telkens 2L) van een 1:1-oplossing (1 kg suiker voor elke L water), als je op tijd inwintert: na de zomerhoningoogst (bv. vanaf begin augustus). Hierdoor worden de ramen niet meteen volledig gevuld, blijft de koningin met regelmaat leggen en blijft er genoeg plaats over in de kast om sterke winterbijen te maken (Pohl, 2008). Ook kan de suikeroplossing gaan gisten bij deze lage concentratie als je grotere volumes voedert. Als je op tijd voedert, hebben de bijen zeker genoeg tijd de siroop genoeg in te dikken en geraken de winterbijen niet uitgeput door nog laat in de herfst de siroop te moeten uitdampen (Joustra, 1936; Melnichuk, 1964 en 1966, Skubida, 1998 volgens Pridal et al., 2023). Bij een latere inwintering (herfst) zijn hogere concentraties suiker aangewezen (bv. 3:2 of zelfs 2:1), aangezien de bijen dit minder moeten indikken en dus sneller kunnen verwerken (Pohl, 2008). Ook komt er zo bij het indikken minder bedampingsvocht vrij, waardoor de kolonie minder afkoelt. Bij hogere concentraties kun je eventueel ook grotere volumes gebruiken, wat dan wel de eileg van de koningin kan blokkeren. Het gebruik van een voederbak bovenop de dekplank geniet de voorkeur, aangezien men hiervoor niet in de kast zelf moet werken, er meer siroop inpast en men het gemakkelijker kan toevoegen. Zie “Het juiste voedertoestel kiezen voor uw behoeften” voor meer informatie over verschillende voedertoestellen. Je kunt ervoor kiezen siroopoplossing voor meerdere keren te maken, maar deze moet je dan wel in de koelkast bewaren om fermentatie te voorkomen (1:1-oplossing niet meer dan enkele dagen). Haal de siroop op tijd terug uit de koelkast om ze te laten opwarmen vooraleer ze aan de bijen toe te dienen. Bekijk af en toe na het voederen (bv. wanneer je de volgende dosis siroop geeft) ook eens of de bijen het voeder goed hebben opgenomen en het niet weggeroofd is.
Om de suiker sneller te laten oplossen, kun je het geheel verwarmen en roeren. Zolang je met pure sucrose werkt, is zelfs koken in orde. Als je een zuur toevoegt of met geïnverteerde suiker werkt, kan zich het voor bijen toxische hydroxymethylfurfural en dergelijke vormen (zie ook “Suikeroplossingen niet boven 60°C opwarmen“).
We raden in ieder geval af om eender welk zuur toe te voegen aan suikersiroop. Dit wordt soms aangeraden om de sucrose gedeeltelijk in glucose en fructose te splitsen en de pH te verlagen, zodat de siroop meer op honing zou lijken. Er is echter geen wetenschappelijke eensgezindheid over het feit of zuur in suikersiroop juist voordelig zou zijn voor de bijengezondheid (Brighenti et al., 2017; Patruica & Hutu, 2013; Wang et al., 2024) of juist voor meer sterfte zorgt (Frizzera et al., 2020; Bailey, 1966; Jachimowicz & El Sherbiny, 1975). Een beetje zout toevoegen aan de siroop (~1g/L) kan daarentegen de opname van de siroop verbeteren (de Sousa et al., 2020; Joustra, 1934).
Geef het voedsel in de valavond om roverij te voorkomen (zie ook: “Het risico op roverij verminderen). Daarenboven kan men hiertegen het vlieggat verkleinen. De bijen zullen de siroop opnemen, in de raten plaatsen en uitdampen.
Je kan als alternatief ook eenmalig de volledige behoefte aan suiker met suikerdeeg voederen, als de bijen ver weg staan bijvoorbeeld. Doe dit dan wel op tijd (begin augustus), opdat de bijen genoeg tijd krijgen de suiker te verwerken. Leg het benodigde gewicht met een perforatie in de verpakking bovenop de ramen, zodat de bijen bij de suiker kunnen. Voeg indien nodig een lege romp toe om het suikerdeeg plaats te geven onder het deksel.
Een stuifmeelvervanger voederen bij het winteren zou geen positief effect hebben en zelfs een negatief effect kunnen hebben (als er in de nazomer nog genoeg natuurlijk pollen wordt verzameld voor het aanwezige broed) (McCallum et al., 2020; Mattila en Otis, 2006 volgens Brodschneider & Crailsheim, 2010). Het project van het Strategisch Plan Bijenteelt “Gezondheid en winteroverleving in de Pajotse honingbijenpopulatie” onderzoekt het eventuele voor- of nadeel hiervan in België.
Referenties:
Abdella, M.; Rateb, S. H.; Khodairy, M. M., Omar, E. M. (2024). Sucrose, glucose, and fructose preference in honeybees and their effects on food digestibility. Apidologie, 55: 77. https://doi.org/10.1007/s13592-024-01113-4
Bailey, L. (1966). The Effect of Acid-Hydrolysed Sucrose on Honeybees. Journal of Apicultural Research, 5(3): 127–136. https://doi.org/10.1080/00218839.1966.11100146
Brighenti, D. M.; Brighenti, C. R. G.; Carvalho, C. F. (2017). Life spans of Africanized honey bees fed sucrose diets enhanced with citric acid or lemon juice. Journal of Apicultural Research, 56(2), 91–99. https://doi.org/10.1080/00218839.2017.1290914
Brodschneider, R. en Crailsheim, K. (2010). Nutrition and health in honey bees. Apidologie, 41: 278-294. https://doi.org/10.1051/apido/2010012
Frizzera, D.; Del Fabbro, S.; Ortis, G.; Zanni, V.; Botolomeazzi, R.; Nazzi, F.; Annoscia, D. (2020). Possible side effects of sugar supplementary nutrition on honey bee health. Apidologie, 51: 594–608. https://doi.org/10.1007/s13592-020-00745-6
Jachimowicz, T. en El Sherbiny, G. (1975). Zur Problematik der Verwendung von Invertzucker für die Bienenfütterung. Apidologie, 6(2): 121-143.
Joustra, J. A. (1934). Het bijenboek. F.J.S. Van Der Peijl – Hansweert. 504p.
McCallum, R., Olmstead, S., Shaw, J., Harrison, J. (2020). Evaluating late summer pollen substitutes on the growth and overwintering success of honey bee colonies and analyzing natural fall pollen nutrition in Nova scotia, canada. Journal of the Entomological Research Society, 16: 7-14.
Mogren, C. L.; Margotta, J.; Danka, R. G., Healy, K. (2018). Supplemental carbohydrates influence abiotic stress resistance in honey bees. Journal of Apicultural Research, 57(5): 682–689. https://doi.org/10.1080/00218839.2018.1494912
Papežíková, I., Palíková, M., Syrová, E., Zachová, A., Somerlíková, K., Kováčová, V., Pecková, L. (2020). Effect of Feeding Honey Bee (Apis mellifera Hymenoptera: Apidae) Colonies With Honey, Sugar Solution, Inverted Sugar, and Wheat Starch Syrup on Nosematosis Prevalence and Intensity. Journal of Economic Entomology, 113(1): 26-33. https://doi.org/10.1093/jee/toz251
Patruica, S. en Hutu, I. (2013). Economic benefits of using prebiotic and probiotic products
as supplements in stimulation feeds administered to bee colonies. Turkish Journal of Veterinary & Animal Sciences, 37(3): 2. https://doi.org/10.3906/vet-1110-20
Pohl, F. (2008). Bijenhouden: Hoe doe je dat? Tirion Natuur, Baarn (Nederland). 124p.
Pridal, A.; Musila, J.; Svoboda, J. (2023). Condition and Honey Productivity of Honeybee Colonies Depending on Type of Supplemental Feed for Overwintering. Animals, 13, 323. https://doi.org/10.3390/ani13030323
Wang, X., Ji, Q., Zheng, X., Zhang, J., Wang, R., Wang, X., Peng, W., Guo, J., & Zhao, Y. (2024). Consumption of Citric Acid by Bees Promotes the Gland Development and Enhances Royal Jelly Quality. Life, 14(3), 340. https://doi.org/10.3390/life14030340
Honeybee Valley | Initatie tot het imkeren
INWINTEREN VAN BIJENVOLKEN – konVIB
Neem na de winter overtollige voedselramen weg uit je productievolken vooraleer je een honingzolder plaatst als je enige vorm van suiker voedert (in de winter of bij schaarste voor een dracht), om te voorkomen dat de bijen het suikervoedsel verplaatsen naar de honingzolder. Laat ~4 kg voedsel in de broedkamers (2 volle simplexramen). Houd ook rekening met de honingkrans rond het broed die zich in de broedramen kan bevinden en neem bij voorkeur ramen met onverzegelde honing/suikersiroop weg. De weggenomen ramen kun je later gebruiken voor zwakkere volken (in tijden van schaarste) of afleggers.
